Banninkstraat 39
Banninkstraat 39, Vonderman - Akten, Verhalen en Gebeurtenissen
-
Akten, verhalen en gebeurtenissen
De oudst bekende vermelding, uit 1766.
Bron Nederduits Gereformeerde Gemeente Hengelo, doopboek 1756-1771.
(transcriptie S. Postma)
ECAL
Toegangsnummer : 3021
Inventarisnummer : 0894 (84)[Linker pagina]
Arend Wicherinck, bouwman op den Vonderman, verklaart, dat hij van jaarlijkschen pagt van de daghuurdersplaatse den Vonderman alle jaar moet geven 32 gulden, dat hij van tijd tot tijd voor Roeloffzen gearbeijd heeft, een aanmerkelijken som van denzelven verdient heeft, en geen twee jaar tot afrekening heeft kunnen koomen, dus niet kan opgeven wat, en hoeveel van de pagte nog wel zoude schuldig zijn.[Los briefje]
Wel edele heer,
Ik heb ontfangen een nadere briev van de regering van Hildesheim, inhoudende instantien, dat Roelofsen geheel buiten alle administratie worde gesteld, en ik een persoon uitvindig make[1] waaraan dezelve wederom worde opgedragen. Ik versoek dan dat u weledele aan de drie bowlieden gerichtelijk uit mijnen naeme spoedig te doen aanzeggen dat zij geene penningen moeten betalen aan voorseide Roelofsen bij poene dat dit fournissement niet zal worden gevalideerd. Ook versoekende dat u weledele alle tot sig doe overkomen en ondersoeke hoe veel zij nog schuldig zijn en wanneer t’laatst betaald. Uw edele gelieve dese ingeslotene aan hem Roelofsen te doen geworden. De bode kan voor zijne insinuatie betaling vorderen en u weledele beloning spreekt ook van selve. Ik zal trachten de reeds ingediende rekening der taxatien ook te termineeren.
Verblijv met veel achting, uw weledelen dienstwillige dienaar A.W.C.W. van Pallandt, Keppel den 16 februari 1808[Rechter pagina]
Jan Reijnier Ditzel , gesubstitueerd gerichtsbode van den ambte Hengelo, relateerd op zijnen eed, dat hij op dato ondergeschreven ter instantie van den hoog welgestrengen heer A.W.C.W. baron van Pallandt zig vervoegt heeft bij de bouwlieden op Elderink, Memelink, Olthof en Vonderman en dezelven van gerigtswegen geinterdiceert om geen penningen hoe genaamt aan R.A. Roeloffzen te Vorden, in qualiteit als rentmeester van voorseide goederen, te betalen bij poene, dat al wat na date dezes door hun mogt worden gefourneerd in geen betalinge zal worden ge(f)valideerd.
Actum Hengelo den 18 februarij 1808.[Los briefje]
Wel edele heer,
Ik was laatst verhinderd om u weledele missive daadlijk te beantwoorden. Bij de onkosten ten laste van Roelofsen moet nog gebracht worden: Den ophef der inhibitie van betaling aan de boeren, den expresse na Roelofsen, etc. Geliefd dit maar naeder op een briefje te zetten, sullende ik dit dan wel bij het overige voegen. Ik ben met veel achting, uw weledelen dienstwillige dienaar A.W.C.W. van Pallandt, te .S. K[eppel] 17 maart 1808[1] Uitvindig maken: opsporen, zoeken, ontdekken
1819 Bron Arnhemsche Courant.
1990-4-14 Bron Parool.