Koningsweg 30
Koningsweg 30, Grevenkamp - Akten, Verhalen en Gebeurtenissen
-
Akten, verhalen en gebeurtenissen
(transcripties door Sikke Postma)ECAL
Toegangsnummer : 3021
Inventarisnummer : 909 (165-166)Op den 27 april 1807
Coram L.A. Willinck, richter
Gerigtslieden Garrit Langeler en Jan OnstenkCompareerde Arend Massink weduwnaar wijlen Mechelena Eggink en bekende in volkomen eijgendom te cederen en over te geven, aan zijn stiefdogter Alberdina Jebbink en haaren aanstaanden eheman Toon Kleijn Sessink, alle zijne boedels goederen bestaande in een daghuurders plaatsjen het Greven Kamp genaamt, onder desen ambte Hengelo boerschap Bekveld kennelijk gesitueert en gelegen, benevens zijne geheele bouwerije, bestaande in inboedel des huijses, levendige have, niets van een of ander uijtgezondert, om het zelve alle, als haar eijgendommelijke goederen te hebben en te blijven behouden, daar mede te doen en handelen als men met eijgendommelijke goederen kan en vermag te doen, onder dese expresse conditie, dat zij aanstaande echtelieden zullen verpligt en gehouden zijn in de eerste plaats te betalen alle zijne boedelsschulden aan zijne minderjarige kinderen hetgeen dezelven voor haar moeders versterf is toegeset, vervolgens hem comparant gedurende zijn leven te onderhouden en te voorzien van de nodige kost, drank en inwoninge, in ziekte en krankheijd behoorlijke handreijkinge te doen, na dode een ordentelijke begravenis, en wanneer het onverhoopt quam te gebeuren dat den comparant met dese zijne stiefdogter en haar aanstaande man, of bij vooroverlijden met een van beijde niet konde leven of zig verstaan, zal het hem vrijstaan daar uijt te gaan, en in dat cas aan hem moeten worden uijtgekeert eene somma van 200-0-0, dog welk geval geen plaats zal kunnen of mogen hebben tenzij aan de een of andere zijde wettige redenen hiertoe konden worden voorgebragt.
Waar op mede erschenen zijn Alberdina Jebbink en Toon Kleijn Sessink geadsisteerd met denzelven als na rechten, en bekenden de overgifte van haaren stiefvader in dank te accepteren, daar bij aannemende en belovende denselven behoorlijk te zullen verplegen, de boedels schulden betalen, voorts de verder conditien daarbij vermeld in al zijn leden en deelen te zullen agtervolgen ennakomen, zig oversulx daartoe verbindende als na rechten, de super stipulando.[w.g.]
L.A. Willinck, richter
Gerigtslieden G. Langeler
J. OnstenkECAL
Toegangsnummer : 3021
Inventarisnummer : 909 (167-170)Op den 27 april 1807
Coram L.A. Willinck, richter
Gerigtslieden Garrit Langeler en Jan OnstenkCompareerde Arend Massink weduwnaar wijlen Mechelina Eggink te kennen gevende voornemens te zijn zijne kinderen het moeders goed te bewijsen, verzoekende derhalven dat over zijne nog drie minderjarigen met namen Anneken, oud 16 jaar, Doris, oud 14 jaar en Enneken Massink, oud 13 jaar, tot momberen mogten worden aangesteld de personen van Hendrik Riefel en Aalbert Leemkuijl.
Decretum
Het gerichte steld tot momberen over opgemelte onmondigen de persoonen door den comparant voorgesteld met namen Hendrik Riefel en Aalbert Leemkuijl Welke daarop in judicis zijn erschenen en hebben deze momberschap bij handtastinge aangenomen en daarbij aanbeloofd zig als momberen na landrechte te zullen gedragen, voorts verburget met haar persoonen en goederen als na rechten.
Compareerde Arend Massink weduwnaar wijlen Mechelina Eggink ter eenre, voorts Hendrik Riefel en Aalbert Leemkuijl in qualiteit als gerichtelijke aangestelde momberen over de drie minderjarige kinderen van den eersten comparant bij wijlen zijn ehevrouw, ehelijk verwekt, en eijndelijk Aalberdina Jebbink, voordogter van den eersten comparant van wijlen Arend Jebbink bij wijlen zijn huijsvrouw in ehe verwekt, in desen geadsisteert met Toon Kleijn Sessink ter anderen zijden en bekenden ten overstaan van deesen gerichte te hebben ingegaan en gecelebreert dit erfmagescheijd en acte van divisie volgender wijse:
Dat aanvankelijk uijt de exhibitie van staat en inventaris met de onpartijdige taxatie van deze boedels gerede en ongerede goederen gebleken is, dat des boedels voorraad, bestaande in een daghuurders plaatsjen Grevenkamp genaamt, onder desen ambte, boerschap Bekveld gelegen, met de bouwerije en verder gerede goederen bij een onpartijdige taxatie zig komt te bedrageneene zomma van f. 1200-0-
waartegen de schulden zig bedragen 760-0-
dus het zuijvere montant des boedels zig bedraagt 440-0-
waarvan den eersten comparant de halfscheijd competeert ad 220-0-
dus ieder kind voor haar moeders versterf hiervan toekomt 55-0-waar omtrent dan geconditioneert is dat den eersten comparant in eijgendom zal behouden alle deze boedels gerede en ongerede goederen, ten zijnen lasten nemen te betalen alle de boedels lastige schulden, aan zijne vier kinderen voor haar moeders versterf uijtkeeren en betalen aan ieder 55-0- en terwijl wijders geconditioneert is dat de beijde dogters Anneken en Enneken Massink zullen hebben ieder 24 ellen wildtogt tot een bedde met 15 pond veeren, zo zullen zij beijde van haar portie moeten missen ieder 10 gulden, dus in plaats van 55-0- voor ieder 45-0- welke 20 gulden wederom gesuppleert word bij de portie van de zoon, die dus in plaats van 55-0- voor zijn moeders versterf zal genieten 75-0- verklarende de comparanten desen boedel aangaande te zijn gescheijden, declarerende de laatste comparanten q.q., dat de onmondigen hier niet bij zijn benadeelt, maar rijkelijk het haare bekomen hebben, is zulks bij desen gerechte voor zo ver het gerede betreft geapprobeerd, wordende ten opzigte van het ongerede gerenvojeert aan den hogen landdrosten gerichte, alles ten fine en effecte als na rechten hebben de comparanten hier op gestipuleerd.
[w.g]
L.A. Willinck, richter
Gerigtslieden G. Langeler
J. Onstenk
[Los briefje]
De bouwerijije angesat voor twalf hondert gulden, de scholt zeven hondert gulden en sestig gulden. De beijde dijerens ijeder vijeren twijntig elle wijltoeg tot bedden en vijftijn pond veren jeders. Hender Ikkes Eggenk als getuijge.55-0- 1200-0-
45-0- 760-0-
45-0- 440-0-
75-0- 220-0-
220-0- 55-0-55-0-
35-0-
35-0-
95
220
1840 Uitsnede uit de successieaangifte van Alberdina (Klein Sessink-)Jebbink.
Bron Gelders Archief.'(...) Sessink en gelijke gedeeltens verstorven en gedevolveerd is, de onverdeelde helft van een plaatsjen Greven Kempken geheten in de gemeente Hengelo in de buurschap Bekveld Kadastraal bekend in sectie I no. 308, 309, 310, 439, 444 en sectie E no. 700. Samen groot zes bunders zeventig roeden tachtig ellen behorende den' etc.
1848 Successieaangifte van Albert Klein Sessink. Bron Gelders Archief.
1849 Kopie H. Schuppers-Demming.
1849 Successieaangifte van Reint Klein Sessink. Bron Gelders Archief.
1866-6-6 Bron Zutphensche Courant.
1894-7-21 Bron Graafschapbode.
1894-7-21 Bron Graafschapbode.
1894-8-4 Bron Graafschapbode.
1894-8-12 Bron Graafschapbode.
1965-9-14 Bron Reclame.