Kroezerijweg 2
Kroezerijweg 2, Zwavink - Akten, Verhalen en Gebeurtenissen
-
Akten, verhalen en gebeurtenissen
Pdf 'Swavinck Swabijnck' door Ben Dolman
Transcripties door J.D. LettinkBron: ORA toeg.nr. 0217 inv.nr. 866
Op den 21e Septemb[e]r 1730
Compareerde Jan Berents en Jan Hoebink naebuurmannen van die bouwluijden op 't erve Swaevink alhier onder Hengelo, en verklaren bij handtastinge in Eedesplaats, dat die hoornbeesten van gem[e]lte Swaevink, gaande in de weijde den Schiphorst genaamt, liggende voor 't grootste gedeelte onder Hengelo en mede onder 't voorn[oemde] erve gehorende, alle naghten worden bij den bouwman onder Hengelo opgestalt, wiensvolgens 't hoorngelt hiervan ook onder Hengelo komen te betalen. Debet hier van 12 stuij[ver].Bron: ORA toeg.nr. 0217 inv.nr. 890
Op den 17 August[us] 1789 des agtermiddags om 5 uur
Coram L.A. Willink Rechter
Gerigtsl[ieden] Alexander Kopijn en Willem de WinkelCompareerde Jan Swavink en desselfs Huijsvrouw Hendrica Wissink marite tutore te kennen gevende, dat in overweginge genomen hebbende haaren hoog klimmende jaaren en daardoor vereijst wordende nodige adsistentie, als niet verder in staat zijnde haar bouwerije na behooren te kunnen mainteneeren; dieshalve te rade geworden zijns met haaren neef Derk Garritsen zoon van wijlen Garrit Swavink, bij Janna Wissink in ehe verwekt, volle broeder en suster van haar comparanten, een contract van alimentatie in te gaan, volgender wijse; dat zij comparanten ten dien eijnde aan genoemden haaren neef in volkoomen eijgendom zijn over gevende gelijk daar bij deesen, geregte halfscheijd van haar bouwerije zo als deselve op het erve Swavink zijn besittende, bestaande in levendige have, bouwgereetschap gesaaij in en op het land, mest en mestregt, niets daar van uijtgesondert, om voor die halve bouwerije te betalen de schulden die ten lasten van haar comp[aranten] boedel zijn. Dat vervolgens de overige halfscheijd van haar bouwerije mede aan genoemden haaren neef zal vervallen, gelijk mede een stuk bouwland in den Zelhemsen Enk groot een half mudde gesaaij het Ooms Stuk genaamt door de comparanten van Jan Huntelaar aangekogt (in kantlijn)benevens haar aanpart aan de weijde den Haarbelle genaamt: onder Hengelo tusschen de weijden van Muller en Branderhorst gelegen.
Op deese conditie, wanneer meergenoemden haaren neef Derk Garritsen haar comparanten beijde gedurende den tijd van hun leven behoorlijk zal hebben gealimenteert, in kost, drank, kledinge en inwooninge, na haaren doode, een ordentelijke begravenis aangedaan hebben, zal dese halve bouwerije met het hier vorens gespecificeerde stuk bouwlant en aanpart aan de weijde aan meergenoemden haaren neef Derk Garritsen (in kantlijn) na dode van de laatste van haar comp[aranten] in eijgendom vervallen zijn, zonder eenige uijtkeeringe daar van aan iemand hoe genaamt te doen verbindende zig de comp[aranten] zo lang haar kragten sulx toelaten tot (in kantlijn) huns beste te arbeijden.
Zijnde daarop mede erschenen Derk Garritsen en verklaarden de overgifte van zijn oom en moeije aan hem op heden gedaan te accepteren, daar bij aannemende en belovende om de schulden in den boedel, welke aan hem te vollen bekent zijn, als zijn eijgen propre schuld te zullen betalen, vervolgens om genoemde zijnen oom en moeije gedurende haar beider leven, in kost drank, kledinge en inwoninge te alimenteren en onderhouden, in siekte en krankheijd, deselve met schuldige liefde en genegentheijd te behandelen na dode een ordentelijke begrafenis te laten aandoen; ten dien eijnde daar voor, en tot nakominge deses, verbindende zijn persoon en goederen ter submissie en judicature als na rechten, alles met en onder renuntiatie van alle exceptien desen ter contrair zijnde hebbende comparanten hier op gestipuleert.L.A. Willink, Richter
Gerichtsl[ieden] Alexander Kopijn
Willem De Winkel
[in de marge:]
Gerechtsjura bet[aalt] met 3 gul[den]Bron: ORA toeg.nr. 0217 inv.nr. 671
Op den 26 Februarij 1801 (detail uit overdrachtsakte):
... buurschap ‘t Gooij kennelijk gelegen bestaande in huijs, saatberg en schoppe (schuur) met bijbehoorende hof- saaij- hooij- en weijdelanden alle bij den bewooner en bouwman van Swavinckplaats in geldpagt of op de garve gebouwt wordende met de bijbehoorende houtgewassen...