Uit 'De Olde Kaste', geschreven door H. Schuppers-Demming:

Deze keer zijn we op bezoek bij Harry Vrogten om over zijn familie te praten. Harry woont aan de Kloosterweg, vanuit zijn woonkamer kan hij zijn ouderlijk huis zien, een boerderij die iets verhoogd ligt aan de Varsselseweg. We duiken in de geschiedenis en gaan terug naar 4 mei 1883. Op die datum werd de grootvader van Harry geboren in Zelhem. Zijn ouders, Garrit Jan Vrogten en Gerharda Theodora Klumper noemden hun eerstgeboren zoon Harmen. Na de geboorte van Harmen verhuisde de familie van Zelhem naar Lichtenvoorde. Nadat zij in Lichtenvoorde waren neergestreken werden er nog 3 kinderen geboren. Een van de kinderen, een dochter, overleed bij haar geboorte in 1885. In december 1888, Harmen was toen 5 jaar oud, kwam zijn moeder te overlijden.

Volgens het bevolkingsregister zien we dat Garrit Jan met zijn kinderen ging verhuizen. Op 11 januari 1889 werden hij en zijn kinderen namelijk in Lichtenvoorde uitgeschreven. De kinderen werden bij meerdere ooms en tantes ondergebracht, zo kwam zijn dochter in Doetinchem terecht bij haar oom en tante, een zus van haar moeder, waar zij 3 maanden later kwam te overlijden. Vader Garrit Jan werd ingeschreven in Hummelo en ging wonen bij Arend en Hendrika Stoltenborg. Zijn oudste zoon Harmen, dan 6 jaar oud, vond onderdak bij een zuster van zijn vader. Deze zus, Derkjen Vrogten woonde met haar man Herman Klumper in de buurtschap Velswijk, gemeente Zelhem. De tweede zoon Hendrik Willem kwam ook in Zelhem terecht, maar dan in de Winkelshoek. Hier woonde een andere zus van zijn vader nl. Maria Vrogten, die getrouwd was met Hendrikus Klumper. We zien hier dat er twee broers met twee zussen zijn getrouwd.

In die tijd was het niet gebruikelijk dat je als weduwe of als weduwnaar met opgroeiende kinderen lang alleen bleef. Misschien daarom wel hertrouwde vader Garrit Jan in december 1889 met Hendrika Boesveld. Deze Hendrika was de weduwe van Derk Jan Besselink. Garrit Jan ging toen met zijn twee zonen en zijn vrouw Hendrika, in haar huis wonen in de Velswijk. Veel geluk was hem echter niet beschoren want enkele jaren later, mei 1891, overleed zijn zoon Hendrik Willem, die toen bijna 5 jaar oud was. En in februari 1908 overleed zijn tweede vrouw Hendrika.

Inmiddels was zijn zoon Harmen op 10 november 1905 in Zelhem getrouwd met Gerritje Scheffer. Gerritje was 24 jaar oud en kwam uit Hengelo, zij was een dochter van Jan Willem Scheffer en Hendrika Memelink. Harmen en zijn vrouw gingen in de Velswijk bij vader Garrit Jan wonen. In totaal kegen Harmen en Gerritje 4 kinderen, 2 jongens en 2 meisjes. Op 9 december 1918 kwam hun zoon Gerrit Jan op tragische wijze om het leven, bij het kappen van een boom. Gerrit Jan was toen pas 7 jaren oud. Nadat de familie binnen de Velswijk nog een aantal keren was verhuisd, kochten Harmen en Gerritjen in Hengelo aan de Varsselseweg een stuk bos. De Varsselseweg was toen nog een slecht onderhouden zandweg die vanuit het dorp naar de Varsselse molen leidde. Het buitengebied van Hengelo en dan met name aan de oostzijde, dus richting Varssel bestond voor het grootste gedeelte uit onontgonnen gebied. De mensen die zich daar wilden vestigen moesten daar eerst veel energie steken in het bewoonbaar maken van hun perceel. Dit was ook bij Harmen Vrogten het geval. Het stuk bos dat hij gekocht had bestond uit singels en sloten die eerst geëgaliseerd moesten worden. Hij hoefde echter niet iedere dag vanuit de Velswijk naar de Varsselseweg te lopen, omdat hij tijdelijk onderdak had gevonden bij zijn toekomstige buurman Wagenvoort. Hij mocht daar overnachten en misschien ook wel mee eten. Nadat het perceel geëgaliseerd was met behulp van kiepkarren die op rails door het gebied konden worden getrokken kon hij met vrouw, kinderen en vader Garrit Jan de nieuwe woning betrekken. Op 21 januari 1921 was het zover en werd de familie Vrogten in Zelhem uitgeschreven om naar Hengelo te verhuizen. Vader(opa) Garrit Jan kon nog een aantal jaren genieten van de nieuwe woning en overleed in maart 1923.

Harmen was van beroep voerman. Hij vervoerde de gekapte peppels (populieren). In Hengelo en omgeving waren in die tijd veel klompenmakers actief, zij gebruikten de peppels om klompen van te maken, het meest gedragen schoeisel in die tijd. Het kappen van deze bomen gebeurde in het najaar en ze werden dan opgeslagen totdat de klompenmakers, deze gekochte bomen nodig hadden. Harmen zorgde dan voor het transport. Ook haalde hij stenen bij de steenfabriek in Olburgen voor het bouwen van huizen en boerderijen. Hun oudste dochter Hendrika Gerharda overleed in 1930 op 24 jarige leeftijd. Hun andere dochter Hermina Gerdina trouwde met Evert Grashuis, zij werd echter maar 53 jaar oud en overleed in maart 1968. De broer van Evert Grashuis die goochelaar was, heeft ook wel eens een voorstelling in Hengelo Gld gegeven. Hun oudste zoon Gerrit Hendrik Willem, die we als Willem Vrogten kennen, trouwde op 29-jarige leeftijd in 1937 met Dine Verstege, evenals Willem afkomstig uit Hengelo. Het pas getrouwde stel ging wonen bij de ouders van Willem aan de Varsselseweg. Terwijl Willem zijn vader ging helpen, verzorgde Dine het werk op de boerderij. Vader Harmen en zoon Willem sleepten veel gekapte bomen uit de bossen, vaak deden zij dat o.a. in opdracht van de Nederlandsche Heidemaatschappij.

Veel van dat hout werd toen nog in de mijnbouw gebruikt. Toen in de Hengelose straten de kinderkopjes werden vervangen door straatklinkers hielpen ook vader en zoon Vrogten daaraan mee. Eerst moesten zij helpen bij het verwijderen van de kinderkopjes, daarna moest er zand en straatklinkers worden aangevoerd. Ook de oudste zoon van Willem, Harry, hielp hierbij. Wanneer in de winter de Varsselseweg onbegaanbaar was i.v.m. sneeuwval, zorgde Willem dat de sneeuw aan de kant geschoven werd. Hiervoor gebruikte hij vaak de door paarden getrokken sneeuwschuiver die aan het begin van de winter opgehaald werd bij de gemeente en dan bij de familie Vrogten gestald werd. Ook was Willem bij veel mensen in de buurt de eerste noodnaober, omdat hij over een paard beschikte. Harry werd steeds meer bij de werkzaamheden ingeschakeld, zo zorgde hij voor het vervoer van de zeugen die naar de beer moesten. Eerst gebeurde dit met paard en wagen, later werd dit met een tractor gedaan. In de jaren zestig werd het huishouden van Willem en Dine behoorlijk kleiner omdat de oudste 3 kinderen gingen trouwen. In 1961 trouwde oudste dochter Reinie met Gerrit Lammertink. Zij gingen eerst aan de Varsselseweg bij Willem en Dine wonen om na een jaar te verhuizen naar Warnsveld. In maart 1965 ging Gerda trouwen met Bertus Maalderink uit Hengelo, zij gingen in Varsseveld wonen. In 1965 ging ook de oudste zoon Harry trouwen met Gerry Ruiterkamp uit Linde. Op eigen grond niet ver van het ouderlijk huis aan de Kloosterweg hadden zij een huis gebouwd, waar ze na hun trouwen gingen wonen en nu nog steeds wonen. Harry was in die tijd al hulpbesteller bij de PTT, maar ging toen full-time werken en was in die tijd een bekende verschijning op zijn dagelijkse ronde door het dorp.

De jongste zoon Wim, die werkzaam was als vrachtwagenchauffeur trouwde in 1972 met Marijke Wolsink uit Doetinchem. Zij gingen wonen bij de ouders van Wim aan de Varsselseweg. In 1992 overleed vader Willem op 84-jarige leeftijd en een jaar later zijn vrouw Dine. Wim en Marijke besloten toen om te gaan emigreren naar Frankrijk en verkochten de boerderij aan de familie Rietman uit Doetinchem. Deze familie verkocht op haar beurt de woning weer aan de familie Bunt die er nu nog steeds woont. Na de eeuwwisseling kwamen Wim en Marijke terug uit Frankrijk en gingen in Limburg wonen, Wim in 2008 kwam te overlijden.