Bargelsdijk 1, Bargel - Akten, Verhalen en Gebeurtenissen

  • Akten, verhalen en gebeurtenissen:

     

     

    1871 Omschrijving Bergel in de memorie van successie van notaris Jacob Jan de Raadt.

    Bron: Gelders Archief toeg.nr.0024 -(‘moederfilm’)115. Transcriptie J.D. Lettink.

     

    ‘Het daghuurdersplaatsje de Bergel benevens heide, bouwland, hakhout en bosch, in de gemeente Hengelo, kadastraal bekend sectie E, no 13 bosch groot 27 aren 60 centiaren- 15 bosch groot 57 aren 70 centiaren- 14 dennenbosch 15.10 aren- 47 bouwland 1.1880 hectare- 48 bouwland 20.70 aren- 49 uitweg als heide 28 aren- 52 bouwland 14.90 aren- 53 bouwland 4.80 aren- 54 huis en erf 2.80 aren- 58 dennen 6.10 aren- 59 bouwland 38.90 aren- 807 hakhout 26.50 aren- 808 dennen 7.90 aren- 809 dennen 6.10 aren- 810 heide 1.6470 hectare- 811 bouwland 23.80 aren- 812 heide 56.95- 813 bouwland 13.55 aren en bouwland, sectie K no 227 22.30 aren- 927, 6 aren- en 1184, 1.8860 hectare.’

     

    1872 Omschrijving Bergel in de memorie van successie van Henriette Cornelia Catharina de Raadt, echtgenote van Mr. Petrus Lambertus de Gavere en dochter van Jacob Jan de Raadt

    ‘Het daghuurdersplaatsje den Bergel, benevens heide, hakhout, bouwland en Bosch, in de gemeente Hengelo (Gelderland) kadastraal bekend sectie E nummers 13, 14, 15, 47, 48, 49, 52, 53, 54, 58, 59, 807, 808, 809, 810, 811, 812, 813. Sectie K nummers 227, 927 en 1184, voor het geheel groot acht hektaren, een en vijftig aren, tachtig centiaren, geschat op vier duizend gulden                 f 4000,- ‘


     

    Memorie van aangifte der nalatenschap van mevrouw Maria Lamberta Sophia de Raadt, weduwe van den heer Mr. Petrus Lambertus de Gavere, overleden te Arnhem 18 augustus 1920.

    Bron: Gelders Archief. Reg. 4 10/606  140. Transcripties Sikke Postma.

     

    De ondergeteekende Anton Cornelis de Wilde, notaris, wonende te Arnhem, in hoedanigheid van executeur testamentair in de nalatenschap van den heer Arnoud de Raadt, overleden te Arnhem, 19 augustus 1920, eenig erfgenaam van de in het hoofd dezer genoemde erflaatster (Arnoud de Raadt, broer en enige erfgenaam van erflaatster, is een dag na zijn zuster overleden).

    Zijnde ondergeteekende in zijne gezegde hoedanigheid benoemd bij erflaters olografisch testament 4 augustus 1920 door dien erflater gesloten in bewaring gegeven aan den ondergeteekende als notaris, blijkens door hem opgemaakte akte van depot van dien datum.

    Domicilie kiezende te zijnen kantore te Arnhem aan de Cronjestraat No. 2.

    Verklaart:

    Dat mevrouw Maria Lamberta Sophia de Raadt voornoemd op den 18 augustus 1920 te Arnhem ab intestato en zonder achterlating van legitimarissen overleed, tot eenigen erfgenaam volgens de wet nalatende haar broeder, zijnde den op 19 augustus 1920 overleden heer Arnoud de Raadt, destijds zonder beroep aldaar en meerderjarig en ongehuwd,

    Dat de erflaatster geene goederen als bezwaarde erfgename of in vruchtgebruik bezat.

    Dat door haar overlijden geene periodieke uitkeeringen zijn vervallen of bij opvolging overgegaan.

    Dat hij aangever noch de heer de Raadt voornoemd in geenerlei vorm van de erflaatster eenige aan recht onderworpen schenking in den zin der successiewet hebben ontvangen.

    Dat het hem aangever niet bekend is, dat tengevolge het overlijden van de erflaatster, krachtens overeenkomst van levensverzekering, uitkeering van kapitaal of rente moet plaats hebben.

    En dat de nalatenschap van de erflaatster ten dage van haar overlijden, bestond uit:

    Baten:

    1. 1. Effecten:
    2. 2. Hypothecaire vorderingen:
    3. 3. Losse vorderingen:
    4. 4. Eenige vervallen coupons van effecten:
    5. 5. Loopende rente:
    6. 6. Voorwerpen van inboedel:

                                                                         Transporteeren        f  91.526,07 

                                                                         Per transport           f  91.526,07

    1. 7.       Gereed geld                                                                        4.720,00
    1. 8.  Onroerend goed:

    Een huis en erf te Arnhem aan de Sweerts de Landasstraat 24, kadaster gemeente Arnhem sectie N No. 1242, groot 2 a 49 ca., en de bouwplaatsen ‘de Oude Kuiper’ en ‘de Bargel’ benevens meerdere perceelen bouwland, weiland, heide, tuin, dennenbosch, akkerhout, opgaande boomen en hakhout, alles staande en gelegen te Hengelo en aldaar kadastraal bekend als [sectie E No. 2310, groot 2 a. 25 ca.en]  sectie E Nos. 13, 14, 16 tot en met 22, 24 tot en met 35, 37 tot en met 45, 49, 51, 55 tot en met 59, 72, 78, 82, 83, 84, 86, 262, 267, 268, 283, 284, 286 tot en met 290, 292, 293, 294, 296 tot en met 305, 308, 309, 311, 316, 326, 337, 344, 440, 441, 442, 446, 733, 807 tot en met 810, 814, 815, 821, 822, 1086 tot en met 1089, 1099 tot en met 1102, 1113 tot en met 1121, 1247, 1154, 80, 81, 278 en 1362 en sectie K Nos. 1182, 1580 en 1581, samen groot 67 hectare, 56 are 55 centiare, met uitzondering van gedeelten van sectie K No. 1182 en sectie E Nos. 32, 33, 34, 35, 37, 38, 72, 78, 82, 83, 84, 86, 262, 287, 308, 309, 311, 316, 326, 440, 441, 442, 733, 821, 822, 1114, 1115, 1119, 1118, 1120, 1154, 81 en 80 en wel zoo als die gedeelten door de erflaatster tijdens haar leven zijn verkocht.

    Samen waard geschat                                                                       93.100,00

    1. 9.  Loopende pachten van voormeld vastgoed voor zooverre niet in eigen gebriuik ad.

     f  1711,35 ’s jaars vanaf 22 februari 1920 en ad. F  288,00 ’s jaars van af 1 november 1917,

    is tot en met den starfdag                                                                    1.071,79

    (... zie origineel voor meer gegevens)


     

    Opm.: transcriptie is hier slechts deels overgenomen.

    (1920)  Bron: Gelders Archief. 146. 10/607

    Memorie van aangifte der nalatenschap van den heer Arnoud de Raadt, overleden te Arnhem den 19 augustus 1920 

    De ondergeteekende Anton Cornelis de Wilde, notaris, wonende te Arnhem, in hoedanigheid van executeur-testamentair in de nalatenschap van den in het hoofd dezer genoemden erflater, zoodanig benoemd bij diens olografisch testament 4 augustus 1920 door hem in bewaring gegeven aan den ondergeteekende als notaris blijkens door dezen opgemaakte akte van depot van dien datum.

    Domicilie kiezende te zijnen kantore te Arnhem aan de Cronjestraat No. 2.

    Verklaart:

    Dat de heer Arnoud de Raadt, in leven particulier, gewoond heeft te Arnhem en aldaar op 19 augustus 1920 ongehuwd en zonder achterlating van legitimarissen overleed, met zijn dood bekrachtigde zijn hiervoor gemeld testament, waarbij hij, met herroeping van vroegere uiterste wilsbeschikkingen en bespreking van eenige hierna te noemen legaten, benoemde tot zijne eenige erfgename mevrouw Jacoba Catharina de Gavere, particulier, wonende te Haarlem, den erflater niet verwant.

    Dat de overledene geene goederen als bezwaarden erfgenaam of in vruchtgebruik bezat.

    Dat door zijn overlijden geene periodieke uitkeeringen zijn vervallen of bij opvolging overgegaan.

    Dat hij aangever noch de gemelde erfgename in geenerlei vorm van den erflater eenige aan recht onderworpen schenking in den zin der successiewet hebben ontvangen.

    Dat het hem aangever niet bekend is, dat tengevolge het overlijden van den erflater, krachtens overeenkomst van levensverzekering, uitkeering van kapitaal of rente moet plaats hebben.

    En dat de nalatenschap van den erflater, ten dage van zijn overlijden, bestond uit:

    (...)

    Onroerend goed:

    Een huis en erf te Arnhem aan de Sweerts de Landasstraat 24, kadaster gemeente Arnhem sectie N No. 1242, groot 2 a 69 ca., en de bouwplaatsen ‘de Oude Kuiper’ en ‘de Bargel’ benevens meerdere perceelen bouwland, weiland, heide, tuin, dennenbosch, akkerhout, opgaande boomen en hakhout, alles staande en gelegen te Hengelo en aldaar kadastraal bekend als [sectie E No. 2610, groot 2 a. 25 ca.en]  sectie E Nos. 13, 14, 16 tot en met 22, 24 tot en met 35, 37 tot en met 45, 49, 51, 55 tot en met 59, 72, 78, 82, 83, 84, 86, 262, 267, 268, 283, 284, 286 tot en met 290, 292, 293, 294, 296 tot en met 305, 308, 309, 311, 316, 326, 337, 344, 440, 441, 442, 446, 733, 807 tot en met 810, 814, 815, 821, 822, 1086 tot en met 1089, 1099 tot en met 1102, 1113 tot en met 1121, 1247, 1154, 80, 81, 278 en 1362 en sectie K Nos. 1182, 1580 en 1581, samen groot 67 hectare, 56 are 55 centiare, met uitzondering van gedeelten van sectie K No. 1182 en sectie E Nos. 32, 33, 34, 35, 37, 38, 72, 78, 82, 83, 84, 86, 262, 287, 308, 309, 311, 316, 326, 440, 441, 442, 733, 821, 822, 1114, 1115, 1119, 1118, 1120, 1154, 81 en 80 en wel zoo als die gedeelten door mevrouw Maria Lamberta Sophia de Raadt weduwe van den heer mr. Petrus Lambertus de Gavere bij diens haar leven zijn verkocht.

    Samen waard geschat                                                                       93.100,00

    Loopende pachten van voormeld vastgoed voor zooverre niet in eigen gebriuik ad.

     f  1711,35 ’s jaars vanaf 22 februari 1920 en ad. F  288,00 ’s jaars van af 1 november 1919,

    is tot en met den sterfdag                                                                    1.099,62

    (... zie origineel voor meer gegevens)

    Waarvan wordt verkregen ingevolge de beschikkingen van den erflater gemaakt bij zijn hiervoor gemeld testament, door:

    1. 1. Hermanus Wesselink, landbouwer te Hengelo (G.) zijn legaat bestaande in het bouwplaats-jen ‘de Bargel’ te Hengelo (G.) zijnde huis en erf en hof, bouw- en weilanden, kadastraal bekend gemeente Hengelo sectie E Nos. 1247, 1089, 1102, 1101, 1100, 1099, 807, 808, 809, 810, 51, 49, 13, 14 en 56 samen groot 6 hectare 12 are 20 centiare, pootrecht der wegen voor de helft, voor zoover langs deze plaats strekkende, waar[de] geschat      f 13.100,00

    (...)

    _________________________________________________________________________________

    Artikel uit verkoopakte van de Oude Kuiper

    Ecal toegang 3011, inventarisnummer 66, 1920 nr. 5-153, notaris J.M. Koning, 1893-1925

    Artikel dertien. De hiervoor omschreven pachtsommen kunnen door de koopers der betreffende perceelen, ieder voor zijn deel, op den verschijndag derzelve, ten kantore van mij, notaris worden in ontvangst genomen, na aftrek van vijf percent voor administratie kosten.

    Nog wordt bepaald, dat de bestaande weg van den Bargel naar den grintweg moet blijven bestaan ten behoeve van den eigenaar van die bouwplaats en ten behoeve van de grondperceelen een en elf, en dat het voetpad naar de Nieuwe Kuiper onveranderd moet blijven bestaan en dat de boven bedoelde weg van den Bargel ook zal zijn ten behoeve van perceel twee en twintig.

    __________________________________________________________________________________

     

    (1922) Aangifte successie Berendina Regelink. Zij woonde samen met haar echtgenoot Hermanus Wesselink op Bargel en was daarnaast eigenaar van de Nieuwe Kuiper waarop hun zoon Albert ‘boerde’.

    Bron: Gelders archief toeg.nr. 0024-(‘moederfilm’) 395. Transcriptie door J.D. Lettink.

     

    Recht van successie

    De ondergeteekenden

    1. 1. Albert Wesselink en
    2. 2. Jan Cornelis Wesselink

    landbouwers te Hengelo, te zamen ter zake dezer aangifte woonplaats kiezende ten kantore van den notaris Koning te Hengelo (G)

                                  v e r k l a r e n

    dat Berendina Regelink, echtgenoote van Hermanus Wesselink, den 19 februari 1922 te Hengelo, hare laatste woonplaats, abintestato is overleden, tot erfgenamen nalatende hare beide uit het huwelijk met genoemden haren echtgenoot geboren kinderen, de aangevers in deze genoemd, ieder voor de helft

    dat de erflaatster geen goederen als bezwaarde erfgename heeft bezeten, geen zaken van derden in bewaring had, geen schenking, afstand, overdracht of kwijtschelding deed, die als legaat zou worden belast en door haar overlijden geen lijfrente, periodieke uitkeering of vruchtgebruik is vervallen of bij opvolging overgegaan

    dat het aan de aangevers niet bekend is dat tengevolge van het overlijden der erflaatster krachtens eene overeenkomst van levensverzekering uitkeering in kapitaal of rente moet plaats hebben

    dat de aangevers en hunne echtgenooten in geenerlei vorm van de erflaatster eenige aan recht onderworpen schenking in den zin der successiewet hebben ontvangen

    dat in de laatste twee jaren door de erflaatster geen schenkingen zijn gedaan

    dat tijdens het openvallen der nalatenschap geen der erfgenamen vier of meer kinderen in leven had,

    dat de erflaatster heeft nagelaten de helft in de gemeenschap van goederen bestaan hebbende tusschen haar en haaren genoemden echtgenoot en waartoe behoort

                                  a c t i e f

    twee huizen, schuur, erf, tuin, bouw- en weiland, boschgrond en heide te Hengelo, kadaster sectie E nrs 306, 307, 328, 329, 332, 333, 334, 335, 338, 341, 343, 1021, 1022 (Nieuwe Kuiper), 1023, 1024, 1155, 1157, 1160, 13, 14, 49, 51, 56, 807, 808, 809, 810, 1089, 1099, 1100, 1101, 1102, 1247 (Bargel), 55, 57, 58, 59, 1398, 1399, 1400, samen groot 16 hectare 4 are 28 centiare, sectie E gedeelten van de nrs. 45, 814, 815, 44 en 1368, groot ongeveer 1 hectare 28 are 67 centiare, door de aangevers

    overeenkomstig de wet gewaardeerd op                                                              f 26800.--

    lichamelijke roerende goederen, waaronder geen sche-

    pen, schuiten of vaartuigen, alsvoren gewaardeerd op                                             1682.--

    eene vordering wegens geleend geld ten laste van

    Reint Wuestenenk te Hengelo, groot                                                                        700.--

    contante gelden, ad                                                                                                100.--

    aandeel in de boterfabriek te Hengelo, waard                                                             50.--

    loopende pacht en interest                                                                                        90.--

    totaal actief                                                                                                     f 29422.--

                                  p a s s i e f

    aan mejuffrouw Janna Hendrika Bennink te Zelhem, we-

    gens op den 30 october 1920 geleend geld, blijkens

    akte van schulderkenning met hyptheek op dien dag

    voor genoemden notaris Koning verleden                                       f 6000.--

    en intrest à 4½ % van 1 november 1921                                             81.75

    aan den heer Bernardus Roelof Prins te

    Zelhem, wegens op den 30 october 1920 te-

    leend geld, blijkens akte van schulder-

    kenning met hypotheek op dien datum ver-

    leden voor gemelden notaris Koning                                                 6000.--

    en interest à 4½ % van 1 november 1921                                            81.75

    aan denzelfde wegens op den 1 juni 1921

    geleend geld, blijkens akte van schulder-

    kenning met hypotheek, op dien dag voor

    genoemden notaris Koning verleden                                                  4000.--

    en intrest à 4½ % van 1 juni 1921                                                     129.50

    aan de Cöoperatieve Boerenleenbank “Land-

    bouwbelang” te Hengelo (G), wegens op                                       _________

                                                                                   tr                 f 16293.--        f 29422.--

    1 mei 1921 geleend geld, blijkens

    onderhandsch bewijs van dien datum, welk

    door den echtgenoot der erflaatster ge-

    teekend geschrift reeds vóór haar over-

    lijden in de macht der schuldeischeres

    was                                                                                             f  3500.--

    en interest à 4½ % van 1 januari 1922                                                 21.44

    aan Jansen te Hengelo, voor smidswerk in

    1921 en 1922 tot den dag van overlijden                                               54.--

    aan H.J. Huiskes aldaar voor metselwerk

    in 1921 en 1922 tot den dag van overlijden                                         114.--                                 

    aan arts Meinders te Hengelo, voor genees-

    kundige diensten en geneesmiddelen in

    1921 en 1922 tot den dag van overlijden                                               74.--

    aan notaris Koning te Hengelo, voor op 16

    februari 1922 publiek gekochte koe                                                    144.--

    aan J. Hendriks voor in januari 1922 gekocht paard

    wonende de schuldeischer te Hengelo                                                 212.50

    Totaal passief                                                                                                            20412.94

    saldo der gemeenschap                                                                                               9009.06

    waarvan de helft behoort tot de nalatenschap der erflaatster ad                                      4504.53

    verminderd met hare begrafeniskosten, ad                                                                      100.--

    Blijft zuiver                                                                                                                 4404.53

    dat het aan de aangevers niet is gebleken dat de in deze aangifte als bewijsmiddel vermelde akten werden opgemaakt of afgegeven om de betaling van successierechten te ontgaan.

    Geteekend te Hengelo den 8 december 1922.

    2 J.G. Wesselink

    1 A. Wesselink

     

Laatst aangepast op maandag 27 november 2023 20:01