Elferinkdijk 3, Heerink - Overige vermeldingen en Bijlagen

  • Vermelding in het Boerderij- en Veldnamenboek Hengelo:

    kaart 20A8

  • Mens en land in de Middeleeuwen (1200-1488) (door B.H. Slicher van Bath): Heringh, erf te (Hederinch) 1326 (RLZ. 283)
  • Leenaktenboeken van het Vorstendom Gelre en Graafschap Zutphen (vanaf 1326):

     

     

    't Goet te Heringh te Zutphenschen rechte hielt Henrick van Suderoes, anno 1326.

    Evert van Zelle heeft ontfangen 't goet te Hederinck, gelegen in den kerspel van Hengel, ten Zutphenschen leen, anno 1378.

    Gerrit van Zello ontfinck dat goet to Hederinck, gelegen in den kerspel van Hengel, dat dienstmansgoet is, tot eenen Zutphenschen leen, anno 1387.

    Grietken van Selle ontfinck Sello ende Hederick tot oenen Zutphenschen leen ende daeraff heeft huldinge ende eede gedaen Jühan van Buren Evortssoon als een momber, anno 1403.

    Eadem, huysfrou Steven Karvenoms , ontfinck dat goet to Zeilen endo dat goet te Hederinck met heuren tobehoren, gelegen in den kerspel van Hengelo oppen Goye, anno 1412.

    Albert Meyerinck goheiten ten Bruel Luykenssoon ontfengt dat goet geheiten Hederinck, gelegen op den Goy beneven Wissinck, in den kerspel van Hengel, van Stoven van Kervenem in wissel tegen dat goot ten Bruel, gelegen an Meyerinck, oick in den kerspel van Hengelo ende schietende opt Laerent ongeveert, a°. 1422.

    Idem, anno 1424, anno 1465.

    Idem vernijt eedt van don goede tot Hederinck met sijnen tobehoren, in den kerspel van Hengel gelegen, daer naest gelant is dat goet Wissinck an d'een ende dat goet tot Elstinck an d'ander sijde, tot Zutphenschen rechten, 14 Oct, 1473.

    Idem vernijt eodt, 21 Aug. 1484.

    Thonis Horinck vercoopt dit anno 1493 an Andrics van Hollhuys, die sulx voorterft op sijnen soon Renso van Holthuys, anno 1508. Hier staet: Een goet geheiten Herinck met allen sijnen tobehoren, gelegen in den kerspel van Hengel, beneven Wissinck, schietende an den Goyschen enck.

    Idem bij transport sijns oltsten broders Johans, priesters, 21 Julii 1520.

    Idem vernijt eedt, 23 Sept. 1538, 10 Junii 1544, 27 Aprilis 1556.

    Andrea van Holthusen, huysfrou Stevens van Kervenhem, erve hares vaders Rense, 15 Aprilis 1563.

    Eadem eedt vernijt, 5 Oct. 1581.

    Gerrit van Kervenhem, erve sijner moder Andreae, beleent, 14 Sept. 1603, met een goet geheiten Herinck met sijn tobohoren, gelegen in der graefschap Zutphen, in den kerspel van Hengel op 't Goy, tusschen den goederen Wissinck ende Elferdinck, schietende op den Goyschen enck, to Zntphenschen rechten.

    Bernt van Kervenhem, erve sijnes broders Gerrits, beleent, 11 Nov. 1620.

    Anna van Kervenhem, erve haers broeders Beernts, beleent, 17 Febr. 1641.

    Wyso van Kervenhem, erve haerer suster Anna, beleent, 19 Mey 1647.

    Maria Louisa Vrydach, erve haeres moey Wyse van Kervenheym, beleent, 15 Nov. 1653. Hulder Felix Frederick Rauwer to Reineck, haer man.

    Eadem tucht haeren man Felix voorn., codem die. Anna Sihilla Vrydach, weduwe van Salomon van Keppol tot Meyerinck, erve haeres susters Maria Louisa, beleent, 18 Nov. 1669.

    Eadem ende haere kinderen draegen dit leen op aen Johan Bverart van der Heiden en Anna Johanna van Sweten, die daerrnede beleent sijn, 23 April 1683.

    Deselve laten haere houlyxe vorwaerden approberen, 9 April 1685.

    Gerhard Wilhem Joseph van der Heyden laet approberen het maeggeseheit tussen hem en sijne broeders en suster opgerigt, 22 Nov. 1712.

    Idem als erfgenaem sijner ouderen Johan Everhard on Anna Johanna en uit kragt van 'tselve beleent, eodem die.

    Joannes Everardus Canisius van der Heyden, erfgenaam sijns vaders Gerhard Willem Joseph, beleend, 1 Aug. 1753.

    Idem draagt dit leen op aan Joost Hendrik Anthon van der Heyden, desselvs oudste zoon, die daar weder mede beleend is, 2 Sept. 1789.


  • Rekening v. ontvangst van Pondschatting 1499: 1499: ‘Thonys Herinck 1’ / 1500: ‘Heerinck 2-1½ (Gulden-Ort)’
  • Verpondingsregisters in 't Rigterambt Hengelo (tussen 1576-1656):

     

     

    1576: ‘Goertt Heerinck ii g:’

    1612: n.v.

    1616: n.v.

    1629: ’14-1-0 Herinck 12-5-NB Vacat

    ‘Tonnis Herinck -10-‘

    1650: ‘Heerinck, jofferen van Karvenhem (eigenaar), Berent (bouwman), 129-5-5 (Gl-St-Penn)’

    1656: ‘Heerink, Jonker Rauber 24-3-0’

     

  • Verbalen uitzetting capitale- of hoofdschatting 1654:

    ‘Berendt op Herinck, Garritgen sijn huesfre:, Die scheper Tonnis, Sijn inwoender Jan gnt: ende desselven vrouwe, Jenneken’

  • Monsterrollen 1665: ‘Jan op Tonius Heerincs hoff’/ ‘Bernt op Beerendt Heerincx hofs’
  • Inwonerslijsten per buurtschap 1795:

    ‘Hendrink Herink, Willem Oortgisen, IJana Lankwans’

  • Dunsborger en Hattemer Markenboeken (1553-1847):

    ≥1553

  • ORA Richterambt Hengelo: ≥1677
  • Thijnspligtigen in 1862, door E. ten Hoeve, Hengelo: '8 garven door fam. van der Heyden te Baak'
  • Bijlagen:

    Bouwvergunningen

    Bouwvergunningen. Bron ECAL. 


    1952 'Veranderen bestaande boerderij':

    DSC03546 kopie

    DSC03546 kopie

    DSC03546 kopie

    Bron ECAL. 


    1968 'Gedeeltelijk veranderen woning en boerderij':

    Dsc03552

    Dsc03552

    Dsc03552 

    Dsc03552

    Bron ECAL.

     

     

Laatst aangepast op zondag 14 april 2019 11:08