1758: ‘Lijste van de gronden die onder de Dunsborg Hattemermarkt uijt de gemeinte zijn aengegraven en op den 15 Junij 1759 door de tijdelijke MarkenRigteren wederom zijn ingelijkt geworden (…) 3. Een hoek die bij de weide onder Weenink gehoorende aen ’t Elstervelt gelegen aengegraven was wederom ingelijkt. (…)’

1762: ‘Art.3. De Markenschrijver J. van Bugt heeft aen de vergaderinge bekent gemaakt, dat hij naderhand heeft bevonden dat hij de opmetinge van het aengegravene door den Heere Secretaris Grothe bij de weijde onder Weenink wegens eene op zijne eerste ontworpene antekeninge gevallene kladde bij abuijs hondert en vijftig roeden te hoog opgegeven heeft, dus het getal der in vorigen jare art. 2 opgegevene roeden aengegraven gronds daar mede moet vermindert worden.’