Elferinkdijk 2, Elferink - Akten, Verhalen en Gebeurtenissen

  • Akten, verhalen en gebeurtenissen:

     

     

    Gelders Archief
    Nummer toegang            : 0463    Familie van der Heyden-Baak
    Inventarisnummer          :   176    Eigendomsbewijs voor J.H. en W.J. van der Heyden voor het goed Groot Elferink onder Hengelo, afkomstig van J. van Cuelen, 1812. Met oudere brieven vanaf 1690. 1 charter en 1 omslag

    (transcriptie door Sikke Postma)

    [foto 035]

    A.

    Onderscrevenen bekennen aen monsieur Harmen Nortwijck verkoght te hebben het arve Elferinck in’t righterampt Hengelo tussen het arve Herinck en Everhardinck kennelic gelegen, voor een somma van seeven duijsent vijfhondert seeven en vijftigh gulden en tijn stuiver.

    Het capitael a vierduijsent vijfhondert gulden rentende a vier percent en verschijnende den 22 julij, het welcke in voornoemde arve gevestight is met dit lopende jaer interesse blijeft tot lasten des kopers, doch die interesse kan aen den koopspenninck niet gekort worden.

    Den overigen koopspenninck sal voornoemde koper in aenvanck van september deses jaers 1725 aen verkoper betaelen, dewelcke alsdan opdracht van voorscreven arve aen den koper sal doen.

    Die vruchten van dato deses van voorscreven arve sullen ten voordeel van den koper sijn.

    Uit het arve gaen geen andere lasten als ’s heeren verpondinge, negen scepen koren, half rogge en half haver, voor den scepelthijnt, voorts paerdeverholt en dienstgelt, sijnde verder vrij en allodiael goet sonder verder beswaer.

    Voor alle ongemack die koper wegens mijn soon saliger soon in deesen moghte overkomen, sal voor caveren.

    In orcund der waerheijt sijn hier van twee alleensluijdende opgeright en wederzijts ondertekent.

    Actum Dotinchem den 19 martii 1725.

    [w.g.]
    Henrick Theben                M.S. Theben
    Gerard. Theben                El. Theben
    Theod. Theben                 Herm. Noortwijk

    Angegeven den 3 maij 1725


     

    3845860090 71c32b45b3 o

    'Verband van Elfferink off Eelftink voor eene s[omm]a van 4500 Car[olische] guldens door 
    Gerhardus Henricus en Theodorus Theben aen den heer rittm[eeste]r Keppel op den 21 julij 1721.
    Geroijeert den 22 nov[em]b[e]r 1726.'

    'Regte en decreet tot verkoping van voors[chrev]en erve Elfferink off Elftink door Gerh[ardus] 
    Henr[icus] Theben prose et qq gepresenteert en ergaen den 15 september 1725.'

    'Opdragt van voorg[eme]lde erve door de gebroederen Gerh[ardus] Henr[icus] en Theodorus Theben
    cum suis aen j[onke]r Herman Noortwijk desselfs huijsvrouw en erven op den 15e september 1725.'

    (arch. 3021-inv. 671)


     

    Gelders Archief
    Nummer toegang            : 0463    Familie van der Heyden-Baak
    Inventarisnummer          :   176    Eigendomsbewijs voor J.H. en W.J. van der Heyden voor het goed Groot Elferink onder Hengelo, afkomstig van J. van Cuelen, 1812. Met oudere brieven vanaf 1690. 1 charter en 1 omslag

    (transcriptie door Sikke Postma)

     

    [foto's 012/013/014]

    Mijn heer,

    Mijn heer Henrich Theeben, sende hier neffens tot mijn leetweesen de copia van de sommatie die ick to huijs hebbe gecreegen, weegens het agterstandige paerdeverholt als anders, als UEdele hier nader in deese sommatie sien cunt, het is bedroeft dat ick voor’t geene UEdele comt te betalen moet affront lijden, te meer doordien ick UEdele daer soo duck over geschreven en selfs gesprooken hebbe. Nu versoecke sonder eenige fouwt citto citto over te coomen, omdat UEdele daer meer costen door voorcomt, doordien die alle tot UEdele lasten coomen als UEdele seer wel bewust is, en betalen de agterstandt, soo lange UEdele eijgenaar is geweest. En vorder UEdele verantwoorden weegens de Blaauwe guldens, soo de heer burgemeester Munster segt, datt se uijt ELverinck gaen, en UEdele segt dat se daer niet uijt gaen. Versoecke sonder eenige fouwt nogmaels dat UEdele citto citto overcomt om alles af te doen. Heeft UEdele noch pretensie op den bouwman, daer cunt gij hem als dit gedaen is voort over axcioneeren, en hem dan betalen. Mij staat voor dat ick de reeckeninge die de heer Munster voor een jaer off wat an mij gesonden heeft, an UEdele hebbe gesonden, maer ick weet het niet wel, soo UEdele die hebt, versoecke die citto citto mij toe te senden, en schrijven mij citto citto wat dagh UEdele gelieft te coomen, dan sal ick te huijs blijven om eens van deese moijlijckheit af te coomen. Uedele off UEdelen heer zoon moeten sonder fouwt coomen, der sullen seecker anders groote costen op loopen. Waer meede afbreeckende in bevelinge Godes, en sal blijven nae mijn dienst gepresenteert te hebben an UEdele neffens de juffrouwen en jonge heren Theeben, die ben mijn heer UEdelen seer onderdanige en geneegen dienaar

    Herm. Noortwijck

    Zutphen den 6 februarij 1732
    Met haast
    P.S.: verwagten citto citto antwoort wat dagh UEdele off UEdelen heer zoon gelieft over te comen, adieu, vaert wel.

    P.S.:

    De reeckening van mijn heer Munster is nae mijn beste ontholt off weetenschap 21 off 22 jaars. Nu weet UEdele hoe lange ick eijgenaar van Elverinck geweest ben, en vervolglijck wat UEdele en mij comt te betalen, ick hebbe daersoo de bouwman sijn zoon van Elverinck gehadt, die ick belast hebbe nae UEdele toe te gaen en alles effen te maken, maer daer is weijnigh staat op te maken. Nu moet UEdele sonder fouwt den eersten dagh coomen om verdere costen voor te coomen. Ick sal anders tot mijn groot leetweesen genootsaeckt weesen om het goedt de Warninck Haage te prosedeeren dat UEdele mij bij opdragt van het goedt Elverinck verbonden hebt voor alle namaningen off beswaer maer hoope niet, dat UEdele die costen sult tot UEdelen laste neemen en wij daerdoor quade vrinden sullen worden. UEdele wil ommers niet hebben dat ick UEdele schuld sal betalen en met moijten wederom eijsen, waermeede afbreecke, adieu vaert wel, Herm. Noortwijck

    [in de marge:]

    P.S.: verwagte nogmaels citto citto UEdelen antwoort wat dagh UEdele hier gelieft te coomen. Sal alsdan te huijs blijven.

    Exhibiert den 6 februarij 1732
    Memorie voor deesen stadts roijdrager

    Om met kennis en concent van deesen wel edelen stadtsgerigte ter instantie van de heer burgemeester Conraad van Munster in qualiteijt als lantrentmeester deeser graefschap Zutphen sigh te vervoegen bij monsieur Herman Noortwijk woonende in het Groene Scheepel, en den selven minnelijk en niet te min gerigtelijk te sommeeren tot betalinge van soodane reeckeningen als den heer sommant seedert eenigen tijt an den selven weegens verschult paerdeverholt, en blauwe guldens van het goet Elverinck ingesonden heeft. Sunsten die reeckeninge wederom binnen de tijt van drie dagen te entradeeren en an den heer sommant te overhandigen, bij ontstentenisse dat men deesersijds genootsaeckt sal weesen daer toe door effeciarense middelen regtens te cordendeeren ten welken eijnde men over deese en verdre aen te wendene costen ten cierlijcksten is protesteerende alles onder bedingh van relatie en insinuatie.

    Salvas, etc., etc.

    Desen copye van een brieff behoort hierbij wegens een sommatie


     

    Gelders Archief
    Nummer toegang            : 0463    Familie van der Heyden-Baak
    Inventarisnummer          :   176    Eigendomsbewijs voor J.H. en W.J. van der Heyden voor het goed Groot Elferink onder Hengelo, afkomstig van J. van Cuelen, 1812. Met oudere brieven vanaf 1690. 1 charter en 1 omslag

    (transcriptie door Sikke Postma)

     

    [foto's 031/032/033/034]

    Kets                Minute                               Exhibiti den 16 december 1808    [w.g.] Pl. van Hamelen

    [onder het zegel, in de marge:]

    Dit zegel van vier gulden gevoegt bij het geannexeerde van vier gulden, dus samen acht gulden, maken uit het competent beloop der zegels voor dit extract, zijnde minute, geschreven op onderscheidene zegels ten bedrage van vierhonderd negentien gulden en geregistreerd in kennisse van mij, zijnde de uitreijking dezes geschied op den 1 december 1808.

    [w.g.]
    Herm. Becking, landsch[rijver]

    Extract uit het Prothocol van opdragten en kentenissen voor het Hooge Landdrosten Gerrigte des kwartiers van Zutphen.

    Op den 26 november 1808 des nademiddags om twee uren
    Coram Herman Becking bij absentie van de heer baljuw, als zodanig tijdelijk gesubstitueert
    Gerigtsluiden C.W. Schultze en H. Bennink

    Compareerde de heer Arnoldus Meyer, woonagtig te Vorden, in qualiteit als generale gevolmagtiger van Johan van Ceulen en Aleyda Odilia Beekhuizen, ehelieden, kragt volmagt voor den algemenen aanklager en raaden van regtspleging der stad Utregt, op den 21 maart 1800 en twee op den comparant gepasseert, alhier in judicio vettoond en gelezen.
    En bekende in zijne gemelde qualiteit, op den 21 september 1808 in het publijke verkocht te hebben, en alnu, ten gevolge van ene complete voldoening der voor het na te melden erve uitgeloofde koopspenningen en onraad, te zamen bedragende dertien duizend negenhonderd vijfenzeventig guldens, in enen vollen en vrijen eigendom te cederen en op te dragen aan de hoogwelgeboren heeren J.H.A. en W.J. vrijheeren van der Heide en derzelver erven, het erve en goed , onder Hengelo, buurtschap Dunsborgh gelegen, bestaande in een huis N 93, voorts schuur, berg en schapeschot, mitsgaders hoff, bouw- en weidelanden, akkermaals bosschen, opgaande boomen en verder houtgewassen met een waard, zooals hetzelve daar comparants principalen gepossideert en door hem q.p. op den 21 september 1808 verkocht is, breder omschreven bij de koopsconditien, hieraan geannexeert q.r. Zijnde vrij en allodiaal en niet bezwaard als ordinaire lasten bedragende de verponding tot heden achtentwintig guldens achtttien stuivers en 12 penningen, welke over dezen jare geheel voldaan en betaald is, blijkens de in judicio vertoonde quitantien, waarop ten dien einde het exhibitum gesteld is. Gelavende hij transportant q/p. den voornoemde koop en overdragt te zullen staan, wagten en waaren, jaar en dag, als erfkoopsregt is, onder verband van zijns principalens personen en goederen, de super stipulando S.A.L.

    Pro vero extractu
    [w.g.]
    Herm. Becking
    Landsch[rijver]


     

    pdfPdf Akten uit het familiearchief Van der Heijden  (transcripties door Sikke Postma)

     


     

    elferink GR e huur 22 febr. 1891

    1891 Bron Graafschapbode. 

     

    elferink GR e huur 22 febr. 1891

    1885 Bron Graafschapbode. 


     

    pdfPdf 1908 Veilingcatalogus Heerink en Elferink      (kopie H. Schuppers-Demming)


     

    1908 verkoop b

    1908 verkoop b

    1909 Enkele uitsneden uit de verkoopakten van 't Elferink aan G. Smeitink.
    Kopie I. Kroesen-Engelen. 

     

     

Laatst aangepast op maandag 08 april 2019 13:32